Meer dan 5000 jaar voor Chr. ontdekten de Chinezen dat ze door middel van prikken met naalden op bepaalde punten ziekten en kwalen konden genezen. Het vormde de basis van de acupunctuurtheorie.

Nog veel eerder ontdekte een volk dat in het moerassige, vochtige centrale deel van China woonde, dat men door bepaalde bewegingen kwalen zoals reuma en dergelijke kon bestrijden of voorkomen. Dat was de basis van het Qi gong.

Later, ongeveer in de 13e, 14e eeuw ontdekten enkele Chinezen dat ze de acupunctuurtheorie konden gebruiken om tegenstanders uit te schakelen. Het volstond om hem op welbepaalde specifieke punten te raken met een bepaalde kracht in een bepaalde hoek en richting. Zodoende kon men hem geheel of gedeeltelijk, tijdelijk of definitief uitschakelen. In dat laatste geval sprak men van een Dim Mak, letterlijk vertaald: dodelijke aanraking! Nog later kwam deze kennis naar Japan en werd daar Kyusho Jutsu genoemd.

In feite behelst het de studie van het menselijke lichaam. Te leren wat de biomechanische reflexen zijn, waar de gevoelige en kwetsbare punten liggen, in welke richting en in welke combinatie of volgorde men ze moet raken, welke reactie dat oplevert en hoe we daarop verder moeten gaan, enz.

Het is derhalve geen op zich staande krijgskunst, maar levert de kennis om andere krijgskunsten, gelijk dewelke op een hoger niveau te brengen, te verfijnen, uit te diepen en doeltreffender te maken.

De uitvinders verborgen hun gevaarlijke kennis en technieken trouwens in Tai Chi vormen. Invloeden daarvan kwamen terecht in Kempo, Karate, Ju Jutsu, Aikido enz

Zodanig dat de meeste grote, oude meesters ermee vertrouwd waren. Velen onder hen wisten dat bovendien te combineren met Qi Gong en Fa Jin, twee manieren om de innerlijke kracht te gebruiken, veeleer dan de fysieke. Hierdoor kon men zelfs op hoge leeftijd, wanneer de fysieke kracht minder is, een gevaarlijk tegenstander zijn. De beteren onder hen beheersten zelfs de kunst om door middel van klanken hun tegenstander uit te schakelen of op zijn minst hun eigen technieken nog effectiever en efficiënter te maken. Dit noemt men kiai jutsu.

Helaas ging veel van deze kennis verloren door de overdracht van meester op leerling of werd doelbewust weggelaten met het oog op massale verspreiding van de krijgskunsten teneinde deze veiliger te maken voor populaire beoefening of voor de sport.

Gelukkig zijn er organisaties zoals Oosterse als Westerse meesters die kosten noch moeite sparen om deze oude kennis opnieuw op te diepen, te reconstrueren en aan te bieden aan de rechtgeaarde krijgskunstenaar die zijn kunst op een hoger peil wil brengen.

Maar niet alleen krijgskunstenaars zijn hiermee gebaad. Zowel Kyusho als Qi Gong, Fa Jin en Kiai Jutsu maken het mogelijk om met een minimum aan fysieke kracht en geweld agressie te beheersen of een geweldenaar tot betere gedachten te brengen. Dit maakt het uiteraard uitermate geschikt voor gebruik door politie en veiligheidsdiensten. Men hoeft immers geen geoefend krijgskunstenaar te zijn om het te leren en toe te passen. Omdat men bovendien zelf controle heeft over wat men doet, kan men toch effectief optreden zonder angst te moeten hebben voor nare juridische gevolgen.